Loslaten

Loslaten

De 5 weken dat ik op revalidatie was in Pelt (zie ook gestopt met revalidatie), had ik veel tijd om te rusten. Rusten is niet altijd slapen en dus ben ik begonnen met de serie “Dertigers” te bekijken (binge watching). Ik had er al veel positiefs van gehoord, maar zelf nog geen aflevering van gezien. Ik begon met aflevering 1 van seizoen 1 om dan heel de serie (4 seizoenen) gezien te hebben nog voor de laatste aflevering op TV was.

Wat de serie zo aantrekkelijk maakt is dat veel zo herkenbaar is. Maar mij bleef vooral 1 zin hangen: “je moet kunnen loslaten”. Daar zit zoveel waarheid in.

Ik probeer dat loslaten al heel mijn leven, in de zin van vergevingsgezind zijn. Want dat is ook een manier van loslaten. Hier ging het wel meer over het loslaten van het verleden. Iedereen heeft bagage mee uit het verleden en dat moet want dat maakt ons slim. We moeten leren uit gebeurtenissen in ons verleden. Maar ik stel mij daar altijd bij voor dat iedereen een rugzak heeft om dergelijke dingen mee te sleuren. Die rugzak blijft goed te dragen, zolang er geen te zware lasten in gestoken worden. Daarom moeten we zware lasten, lees ernstige gebeurtenissen, kunnen loslaten. We kunnen die niet blijven meedragen, dat is te zwaar, te vermoeiend.

Zolang je je handen vol hebt met gebeurtenissen uit het verleden, kun je het geluk nu niet opvangen.

Die ernstige gebeurtenissen, zoals het overlijden van een naaste, hebben ons gevormd tot wie we nu zijn. Het zijn die ervaringen, samen met de fijne ervaringen die mij “mij” maken. Het maakt ons dus wel wie we zijn, maar daarom moeten we ons niet vasthouden aan deze gebeurtenissen. Wij moeten verder gaan en daarom moeten we eerst zaken kunnen loslaten. Zolang je je handen vol hebt met gebeurtenissen uit het verleden, kun je het geluk nu niet opvangen.

Loslaten (van de negatieve dingen) en doorgaan, een zin in een serie, maar een levenswijze in het echt … of hoe er toch levenslessen kunnen gehaald worden uit een tv-serie.

Gestopt met revalidatie

Gestopt met revalidatie

In ‘daar is 2022’ schreef ik dat ik aan een 13 weken durende revalidatie zou beginnen. Ik ben er ook aan begonnen maar heb deze afgebroken na de 5de week.

Ik was goed begonnen aan de revalidatie in Overpelt. Het was zwaar, maar dat wist ik nog van de vorige keren. Plots ben je hele dagen bezig met je gezondheid. Doordat ik er intern was moest ik aan niets anders denken dan aan mijn revalidatie. Eten wordt op de kamer gebracht en tussen de verschillende therapieën door kun je rusten. Zo kon ik mij 100% concentreren op mijn lichaam.

Twee weken geleden kreeg ik telefoon van mijn vrouw dat ze een knobbeltje in haar borst gevonden hadden, wat dringend verder onderzocht moest worden. Mijn wereld stopte, slecht nieuws en ik was er niet voor haar, ik wou thuis zijn. Gelukkig werd ik in Overpelt goed opgevangen en was er altijd een luisterend oor wanneer ik daar nood aan had.

Meerdere onderzoeken volgden snel en ondertussen weten we dat het kwaadaardig is en eruit moet, nadat ze eerst chemo gehad heeft. Op dat moment wist ik dat ik mijn revalidatie niet zou zijn zoals het moet. Ik zou mij er niet 100% op kunnen focussen, mijn gedachten zouden thuis zijn. Daarom hebben mijn neuroloog en ik besloten om de revalidatie te stoppen zodat ik daar kan zijn waar ik nodig ben, bij mijn vrouw.

Ik kan positief blijven, niet tegenstaande mijn MS, doordat ik niet alleen sta, mijn vrouw en dochter staan steeds langs mij. Nu staan mijn dochter en ik langs mijn vrouw en samen zullen we door deze moeilijke periode geraken. Samen zijn we sterk, dat hebben we al meermaals bewezen en deze keer zal niet anders zijn

Slikproblemen bij MS

Slikproblemen bij MS

Mijn revalidatie (zie ook 13 weken revalidatie) is niet alleen maar kiné en ergo (fijne motoriek), maar hier krijg ik ook sessies bij de psycholoog voor gesprekken en cognitieve oefeningen. Ook bij de logopediste (*) had ik een afspraak. Iemand die mij kent zal nu denken, wat moet Koen bij een logopediste zijn? Ik weet dat het misschien raar klinkt omdat ik wel nog vlot (en veel) kan babbelen. Een logopediste doet meer.

Ik heb al regelmatig thuis aan tafel de opmerking gekregen dat ik toch maar raar slik en te weinig knabbel op mijn eten. Ook gaf ik aan dat ik alleen slik als ik eraan denk, niet spontaan. Met deze opmerkingen is de logopediste aan het werk gegaan.

Ze vroeg of ik veel last had van een droge mond, wat inderdaad zo is. Dat betekent dat ik te weinig speeksel aanmaak, waardoor de prikkel om te slikken niet komt.  Ze heeft mij volledig uitgelegd hoe we slikken (waar normaal gezien niet over nagedacht moet worden) en waar het fout kan gaan. Om te zien waar het bij mij fout gaat moest ik enkele oefeningen doen. Eén ervan was mijn tong uit mijn mond steken, de tanden erop sluiten en dan proberen te slikken. Dat ging niet of met veel moeite en grimassen, die Jacques Vermeire jaloers zou maken. Conclusie: mijn keelspier is niet sterk genoeg waardoor ik meer moeite moet doen om te slikken. Als je mij dus ziet eten, denk dan niet dat ik een slokop ben, maar ook dat is weer één van die minder gekende symptomen van MS.

(*) Mijn logopediste heeft mijn vorige blog gelezen en  er mij attent op gemaakt dat we liever niet spreken over MS-patiënt, maar over persoon met MS (pmMS). Ik had er nooit eerder zo over nagedacht, maar ze heeft gelijk. Een patiënt is een persoon die ziek is. Een pmMS is in de eerste plaats een persoon, maar die ook MS heeft, wat toch nog anders is. Vermits ik dit ook een veel positiever woord vind, heb ik dit in mijn vorig artikel (Leven op 60%) aangepast alsook in ‘wie ben ik’.