De kerk: deel 2

De kerk: deel 2

Het pastoorke

In het vorige deel (trouwen) kondigde ik al aan dat we het hadden kunnen weten dat de kerk hypocriet is. Hoedat? Daarvoor ga ik nu een jaartje verder terug in de tijd. Mijn vrouw en ik hebben dan net een huis gekocht. De vorige bewoner, een pastoor op rust, werd te oud om alleen te blijven wonen. Vermits dat pastoorke naar een rusthuis ging, zou hij alleen het nodige mee verhuizen en al de rest zou blijven staan. Zo moest hij het huis niet opgeruimd en netjes aan ons overlaten. Voor ons was het wel fijn dat er toch heel wat is blijven liggen, vooral het tuingereedschap.

Vol goede moed zijn we begonnen met het opruimen van ons huis. Met de hulp van mijn schoonouders hebben we ook de zolder leeggehaald. Daar stond nog heel wat rommel, maar ook een wierookvat en de belletjes die bij de communie rinkelden en oude boeken. Alles werd naar buiten gebracht tot er plots brieven gevonden werden. Liefdesbrieven in het huis van een pastoor?

Alle werken vielen stil en we begonnen te lezen. De brieven waren geschreven voor het pastoorke en kwamen van een vrouw. En ja, het waren duidelijk liefdesbrieven.

In de eerste brief konden we lezen dat de vrouw in kwestie getrouwd was met een man die ziek en niet goed te been was. Het koppel sliep niet meer samen en van genegenheid en seks was er geen sprake meer. De vrouw had een slechte jeugd gehad, thuis en in het klooster (als nonnetje).

Uit de tweede brief, kun je zeer expliciet opmaken dat hij een oplossing geboden heeft voor het probleem “genegenheid en seks”.

Het berouw komt na de zonde. In de volgende brief kunnen we lezen dat ze zich schuldig voelt om wat de mensen zullen denken, hij is priester… In deze brief heeft ze ook schrik dat ze zwanger zou kunnen zijn, want ze hadden het 3 dagen na haar maandstonden gedaan en dan kon het volgens hem geen kwaad…

De 4de en laatste brief is een afscheid. Haar man had haar gevraagd of er meer is tussen haar en het pastoorke. Hij had het bed horen kraken toen zij en het pastoorke boven waren (handig die man kon zelf toch geen trappen meer nemen …). Het pastoorke was dan ook niet meer welkom bij hun.

Ik had jullie een happy end willen geven, maar ik heb het script niet zelf geschreven, het staat zwart op wit op papier.

Na het lezen van deze onthullende brieven konden we het werk hervatten, want de zolder was nog niet leeg. Misschien hebben we daar nog een extra verhaal gevonden, dat lees je in deel 3.